Foto Robert Tieman. Beeld: Martijn Beekman
Voor demissionair minister Robert Tieman speelt water zowel privé als in zijn werk een grote rol. We spraken hem over zijn eerste maanden op het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW). En blikken vooruit op wat hij de komende tijd van plan is.
Robert Tieman is sinds 19 juni 2025 minister van Infrastructuur en Waterstaat in het demissionaire kabinet-Schoof. Hiervoor was hij hoogheemraad bij het Hoogheemraadschap van Delfland. Eerder was hij onder andere directeur van het Centraal Bureau voor de Rijn- en Binnenvaart (CBRB). Hij volgde de opleiding tot maritiem officier aan de Hogere Zeevaartschool Amsterdam, en de opleiding havenmanagement. Op Prinsjesdag heeft Tieman als coördinerend minister het Deltaprogramma 2026 en de kabinetsreactie op de adviezen van de deltacommissaris aan de Tweede en Eerste Kamer aangeboden.
Van kinds af aan al gericht op water
‘Ik was vroeger vaker onder water dan boven water te vinden’, vertelt Tieman. ‘Ik groeide op aan de Zegerplas in Alphen aan den Rijn waar ik mijn zomers zwemmend en surfend doorbracht.’ De liefde voor zwemmen is gebleven. Maar ook op het droge blijft zijn focus op het water gericht: ‘Vanuit mijn huis in Rotterdam kijk ik uit over de haven. In mijn vrije tijd maak ik daar graag foto’s van. Dat varieert van een visser aan de rand van de waterweg tot een groot zeeschip dat voorbijvaart. Als ik het brakke water daar ruik, kom ik tot rust.’
Voldoende zoetwater steeds belangrijker vraagstuk
Terugblikkend op de eerste maanden als minister, praat Tieman bewust in ‘we’-vorm. ‘Want een team van professionele ondersteuners brengt alle informatie waar ik besluiten over moet nemen heel compact bij me.’ Een belangrijk vraagstuk is het bewaken van de zoetwatervoorraad. Door klimaatverandering en een toenemende watervraag is dit water steeds schaarser. Terwijl het onder andere essentieel is voor ons drinkwater. ‘We moeten goed in de vingers krijgen hoe we dat zoetwater vast kunnen houden’, vertelt Tieman. Bijvoorbeeld door de erosie van de Waal tegen te gaan, zegt hij, of door water vast te houden in bassins op industrieterreinen. ‘Ik kijk uit naar het Deltacongres in november, om zulke grote vraagstukken te bespreken.’
‘Een scala van maatregelen is al genomen, maar ik zie nog veel mogelijkheden’
Waterkwaliteit
‘Zonder heel pessimistisch te zijn, moet er ook echt een tandje bij om onze doelstellingen voor de waterkwaliteit te halen’, zegt Tieman. De Kaderrichtlijn Water stelt dat alle Europese wateren in 2027 van goede ecologische en chemische kwaliteit moeten zijn. Nederland én andere landen liggen op dit moment nog niet op koers. ‘Een scala van maatregelen is al genomen, maar ik zie nog veel mogelijkheden. Bijvoorbeeld door lozingsvergunningen nogmaals te bekijken en waar nodig strengere eisen te stellen aan wat er uit de pijp mag komen. Of door foutieve rioolaansluitingen aan te pakken.’ Dat zijn rioleringen die niet zijn aangesloten op het juiste systeem. Afvalwater komt dan bijvoorbeeld in het hemelwaterriool terecht, in plaats van in het afvalwaterriool.
Paraat tegen aanvallen
De nieuwe geopolitieke situatie vraagt ook aandacht. ‘Water is een van onze vitale sectoren. Ik wil een punt maken van onze weerbaarheid op dat gebied. Als zich hier een aanval op voor zou doen, zijn we dan voldoende voorbereid?’ De draaiboeken zijn er, zegt Tieman, maar kunnen we die ook in de praktijk brengen als dat nodig is? Met oefeningen met de partners uit de watersector wil hij die paraatheid naar een hoger niveau tillen.
Korte en open communicatielijnen
Ook voor andere uitdagingen speelt water een grote rol. Bijvoorbeeld de woonopgave. ‘Er kan veel,’ zegt Tieman, ‘maar het is wel belangrijk dat waterbeheerders op tijd bij woningbouwprojecten worden betrokken. Anders komen er later in het project verrassingen naar boven.’ Dat was bijvoorbeeld het geval bij Cortelande, een nieuw te bouwen dorp op laaggelegen grond. Wat die lage ligging precies betekent voor de waterhuishouding en dus ook de kosten kwam pas laat in het project naar boven. ‘Om zulke situaties te voorkomen, is het belangrijk dat we wat dichter op elkaar gaan zitten. Met open en korte communicatielijnen.’
‘Laten we elkaar kruisbestuiven met succesverhalen’
Succesverhalen delen
‘Veenweidegebieden, hoge zandgronden, verziltende kustgebieden, het IJsselmeergebied; het heeft allemaal een eigen DNA’, zegt Tieman. ‘Met eigen uitdagingen, dus dat vraagt maatwerk.’ Maar we kunnen ook leren van wat op de ene plek in het land goed gaat, zegt hij. ‘Laten we elkaar kruisbestuiven met succesverhalen. Zodat we goede voorbeelden op andere plekken kunnen kopiëren. ‘Eigenlijk zou iedere projectontwikkelaar of bestuurder in dit land bijvoorbeeld een kijkje moeten nemen bij de Green Village van de TU Delft.’ In die “wijk van de toekomst” testen onderzoekers oplossingen om met klimaatverandering om te gaan. Bijvoorbeeld in een WaterStraat, met bassins onder de grond om water vast te houden. ‘Aan de vooravond van een grote nieuwbouwopgave, moeten we zulke innovaties omarmen.’