Foto Testopstelling met schaalmodellen op de zandmotor voor project Shorescape. Beeld: Kathelijne Wijnberg

Op naar een kustbouw die duinvorming stimuleert in plaats van hindert

Dr. Janneke van Bergen is in 2023 gepromoveerd aan de TU Delft op duinvorming in stedelijke kusten*. In oktober 2025 kreeg zij hiervoor de Steven Hoogendijkprijs  uitgereikt, voor beste PhD-onderzoek TU Delft 2023-2025.

De Steven Hoogendijkprijs is een tweejaarlijkse prijs die door het Bataafs Genootschap wordt uitgereikt aan het beste promotie onderzoek van de TU Delft en Rotterdam. 

Veel zandige kusten wereldwijd eroderen in een steeds rapper tempo als gevolg van zeespiegelstijging. Zo ook de Nederlandse kust, die we door middel van zandsuppleties op orde houden, nu met zo’n tien miljoen m3 zand per jaar. Ongeveer een kwart van dit zand is in staat om de duinen als kering aan te vullen, maar op stedelijke stranden is dit vaak minder door het ontbreken van zandinvangende beplanting als gevolg van recreatie, bebouwing en strandonderhoud. 

Toen ik met mijn onderzoek begon, was er nog weinig bekend over hoe suppletiezand de duinen aanvult, laat staan hoe bijvoorbeeld strandbebouwing dit proces beïnvloedt. Afhankelijk van de soort suppletie groeien duinen anders aan, op onze smalle stranden is dat meestal het hogere voorduin, maar bij hele grote suppleties zoals de Zandmotor, verbreedt het duin zich of ontstaan er zelfs nieuwe strandwallen. 

‘Hoger waar het moet, breder waar het kan’

Dat het duin als kering moet meegroeien met de zeespiegelstijging is evident. Er is nog veel winst te behalen door de suppletievorm aan te passen aan de gewenste meegroeirichting voor de duinen: hoger waar het moet, breder waar het kan. Dat laatste geldt zeker voor badplaatsen, waar vaak een boulevard met zeezicht is. Door slim zand in te vangen met (traditioneel) helmgras*, maar ook met stuifschermen en aangepaste strandbebouwing kunnen we vanuit de bestaande (onderhouds)suppleties met de natuur toebouwen naar een robuuste duin-kering voor na 2050. 

Een complicerende factor is strandbebouwing. Doordat onze gesuppleerde kust stabieler is geworden, is strandbebouwing enorm toegenomen, van 300 naar meer dan 6000 gebouwen in tien jaar tijd. Dit frustreert de duinaangroei. Mijn onderzoek liet zien dat bij rijen strandhuisjes het duin tot wel 50% minder aangroeit, vergeleken met onbebouwde delen. Dat betekent dat we bij smalle duinkeringen echt terughoudend moeten zijn met strandbebouwing. 

De uiteindelijke uitdaging was om op zoek te gaan naar kustbouw-typologieën die duinvorming juist stimuleren, in plaats van hinderen, volgens het Building with Nature-principe. Hierin zetten we natuurlijke processen, zoals de wind, in om de kering op orde te brengen. Dit begint bij een goed dynamisch suppletieontwerp, de zandbron in feite, die geleidelijk aanspoelt en doorstuift naar het duin. Na de suppletie rond Petten bijvoorbeeld, zorgde het 250 meter brede strand voor een versnelde duinaangroei (tot wel 40-60 m3/m per jaar), die toebouwt naar de buffer die we straks nodig hebben. 

‘We moeten zuinig zijn op onze sedimentstromen, want zij maken het land van straks’

Duinen zijn windgedreven landschappen. Het mooie hiervan is dat we door de wind te manipuleren ook de duingroei kunnen beïnvloeden. Als we willen bouwen met de natuur, moeten we denken als de natuur. Paviljoens op palen bijvoorbeeld zorgen vaak voor een windversnelling, die zand hoger het duin op blaast, goed voor duinverhoging. Strandhuisjes daarentegen remmen de wind juist af, waardoor er lokaal zand wordt afgezet, goed voor duinverbreding. Wel moeten de huisjes dan schuin en verder uit elkaar staan. Het wachten is op de eerste real time pilot om deze effecten verder te valideren. 

Onze kust is niet alleen onze kering, maar ook een belangrijk recreatief gebied, en dat maakt een integrale aanpak onontbeerlijk. Specialistisch onderzoek richt zich vaak op niches, terwijl overkoepelende concepten nodig blijven om het kustlandschap multifunctioneel te houden.  Met de ontwikkelde Building with Nature principes hoop ik kustontwerp en kustgebruik nader tot elkaar te brengen, om zo tot een duurzamere symbiose te komen. We moeten zuinig zijn op onze sedimentstromen, want zij maken het land van straks, zoals ook het onderzoek ‘Meegroeien’ laat zien. Daarbij is de factor tijd belangrijk, want een robuuste duinopbouw heeft tijd nodig. Laten we daarom nu beginnen om de verwachte versnelde zeespiegelstijging na 2050 voor te blijven. 

* Het ShoreScape onderzoek, een samenwerking tussen de TU Delft- sectie landschapsarchitectuur (promotoren Prof.dr. ing. Steffen Nijhuis en Prof.ir. Eric Luiten) en Universiteit Twente (Prof. Dr. Kathelijne Wijnberg), is gesubsidieerd door het NWO – topsector water.