Foto Waterloop die binnen het project wordt aangepakt. Bron: Arnold Reyneveld
Het droogtebeleid van de provincie Noord-Brabant en waterschap De Dommel uitgelicht’
In 2024 werd in de provincie Noord-Brabant de Droogteagenda 2040 vastgesteld. Dit is een verdere uitwerking van het Brabantse Grondwaterconvenant 2021-2027 en het advies 'Zonder water, geen later'. In dit artikel vertelt Martine Beuken, werkzaam voor provincie Noord-Brabant, over de droogte-aanpak van de provincie. ‘De grootste uitdaging is om op dit thema met elkaar door te pakken en de urgentie van de droogteaanpak bij alle partijen agenderen en actueel houden.’ Aanvullend zijn Marnix van der Kruis en Henriette Graveland, van Waterschap De Dommel, aan het woord over de watertransitie binnen het waterschap.
Martine Beuken ontfermt zich als procesmanager provincie Noord-Brabant over het strategisch grondwaterbeheer. Marnix van der Kruis werkt voor Waterschap De Dommel in verschillende rollen. Als strategisch adviseur grondstrategie werkt hij o.a. aan grondstrategie en houdt hij zich bezig met de watertransitie van de Dommel. Henriette Graveland werkt als strategisch adviseur bij Waterschap de Dommel aan de opgaven in het stedelijk gebied, zoals klimaatadaptatie en water en bodem sturend.
Samenwerken aan de grondwatervoorraad
Na de droge jaren 2018 en 2019 bleek het Breed Bestuurlijk Grondwateroverleg (BBG) niet meer te volstaan. Er was behoefte aan een duidelijke stip op de horizon, een bredere samenwerking en een concrete uitvoeringsagenda met korte- en langetermijnmaatregelen. Met het opstellen van het Grondwaterconvenant 2021-2027 werd de eerste stap gezet. Aan de hand van het advies Zonder water, geen later is hier een verdere uitwerking aan gegeven met de Droogteagenda 2040. De Droogteagenda is door alle Brabantse grondwaterpartners in 2024 bekrachtigd. Het doel van de agenda is werken aan de wederombouw van het Brabantse watersysteem, zodat in 2040 het (grond)watersysteem droogterobuust is. Hiervoor is het nodig dat 100 miljoen m3 minder (grond)water wordt onttrokken en 150 miljoen m3 meer (grond)water wordt vastgehouden en aangevuld. Wat dit betekent voor de verschillende sectoren, is in de agenda specifiek gemaakt.
Speerpunten als basis voor de droogteaanpak
Om de hydrologische doelen uit de Droogteagenda - meer grondwater vasthouden, meer grondwater aanvullen en minder grondwater onttrekken - te bereiken, werkt de provincie samen met waterschappen, drinkwaterbedrijven, gemeenten, terreinbeheerders, industrie en ZLTO aan zes speerpunten en twee ontwikkeltrajecten. Zo werkt Waterschap de Dommel aan het vergroten van de sponswerking en vernattingsmaatregelen en drinkwaterbedrijf Brabant Water aan alternatieve bronnen voor drinkwatervoorziening, huishoudens en industrie. Ook speelt de klimaatbestendige inrichting van de bebouwde omgeving door gemeenten een belangrijke rol. Bij ontwikkeltrajecten gaat het onder andere om de inzet van verschillend instrumentarium (financieel, juridisch, ruimtelijk) om doelen te bereiken. Zo willen we bijvoorbeeld toe naar beregeningsruimte per gebied of zelfs per agrariër. Dat geeft zekerheid voor zowel de boer als het waterschap. Ook is het belangrijk dat heel veel ongeregistreerde ‘kleine’ onttrekkingen worden gemeld bij waterschappen. Nog niet bij alle drie de waterschappen is dit verplicht.
‘De combinatie van landbouw, natuur en stedelijke ontwikkeling legt een druk op de ruimte voor water’
Waterschap De Dommel als aanjager van de watertransitie
Waterschap De Dommel werkt in een gebied dat van nature gevoelig is voor droogte. Wij zijn een regenwaterschap en kunnen geen water inlaten vanuit de grote rivieren. Dat brengt diverse uitdagingen met zich mee, zoals de droogvallende beken in de natuur en het oppompen van veel grondwater om in bepaalde functies (drinkwater/beregening) te voorzien. In het verleden is het systeem ingericht op afvoer: om landbouw en bebouwing mogelijk te maken, werd in het gebied van Waterschap De Dommel ruim 30.000 kilometer aan sloten gegraven. Door alle ingrepen is er een systeem ontstaan waarin het lastig is om water vast te houden. De combinatie van landbouw, natuur en stedelijke ontwikkeling zorgt bovendien voor steeds minder ruimte voor water. De puzzel wordt hiermee steeds complexer en ruimtelijker van aard.
Om het tij te keren, heeft het waterschap een handelingsperspectief opgesteld dat de watertransitie richting 2050 schetst. Hierbij wordt vooral ingezet op systeemherstel en het feit dat niet alles overal meer kan. De principes vanuit water en bodem sturend vormen hiervoor een belangrijke basis. De kern van het handelingsperspectief is dat we tot 2030 verleiden en stimuleren om land om te vormen naar ander gebruik. Na 2030 gaan we meer inzetten op het reguleren en afdwingen ervan. We werken nu aan het beleid om het handelingsperspectief handen en voeten te geven. Het beleid van de provincie helpt ons hierbij. Zo zijn in het addendum op het Regionaal Water en Bodemprogramma afspraken met de provincie vastgelegd over richtinggevende principes voor grondwaterpeilverhoging en het omslagpunt van 2030.
Voor het project drinkwaterlandschap Groote Heide hebben drinkwaterbedrijf Brabant Water en Waterschap de Dommel de handen ineengeslagen om het watersysteem op de Groote Heide in Leende-Heeze toekomstbestendig en duurzaam in te richten. De partijen werken samen aan een drinkwaterlandschap, zodat natuur en drinkwaterwinningen nog beter hand in hand gaan. De natuur heeft immers een belangrijke functie voor de bescherming en kwaliteit van drinkwaterbronnen. Zo worden de bronnen van de Brabantse bodem omgeven door 1600 hectare natuurgebied. Bij de ontwikkeling van het landschap wordt niet alleen gekeken naar drinkwaterwinningen, waterhuishouding en natuur, maar ook naar recreatie, cultuurhistorie en landbouw. Alle functies worden meegenomen in een integrale brede afweging voor de inrichting van het gebied. Vanaf 2027 starten de partijen met een gefaseerde aanpassing van het watersysteem en de gebiedsinrichting.

Verschillende samenwerkingen en projecten rondom droogte
Vanaf 2024 werken we samen met Brabant Water aan het project drinkwaterlandschap Groote Heide. Hierin richt Brabant Water zich op het ontwikkelen van een landschap waar voldoende drinkwater van hoge kwaliteit kan worden gewonnen. Waterschap de Dommel richt zich op het creëren van een sterk en stabiel watersysteem met een verbeterde sponswerking, zodat de grondwaterstanden in balans blijven. Het gebied wordt zo ingericht dat het optimaal kan inspelen op zowel natte als droge periodes. Hiervoor is gekeken naar de watersysteemeenheden en hoe met de lokale laagtes in het watersysteem om kan worden gegaan.
‘In het stedelijk gebied is het wenselijk dat het waterschap een actievere en adviserende rol inneemt’
Naast het landelijk gebied ligt er ook een grote opgave in het stedelijk gebied. We zijn druk bezig om de water en bodem sturend principes in het vizier bij gemeentelijke ontwikkelingen te krijgen, zowel vanuit klimaatadaptief bouwen als meer ruimte voor water. In het stedelijk gebied is het wenselijk dat het waterschap een actievere en adviserende rol inneemt. In de praktijk worden we echter vaak pas aan de achterkant betrokken. Hier zouden we een andere weg in kunnen vinden door bijvoorbeeld op zoek te gaan naar nieuwe en creatievere samenwerkingsvormen. Wat we wel al zien, is dat er op verschillende plekken water en bodem sturend als business case wordt meegenomen in grootschalige ruimtelijke projecten. Dit wordt nu ook gedaan bij de Uitvoeringsagenda NOVEX Stedelijk Brabant. Het zou mooi zijn als dit uiteindelijk een stevige positie krijgt binnen de kosten- en batenafwegingen die partijen maken.