Foto Foto van overstroming in de stad Dordrecht. Bron: gemeente Dordrecht
Wil je weten wat de (toekomstige) effecten zijn van klimaatverandering in jouw gebied? De Klimaateffectatlas (KEA) helpt beleidsmedewerkers en bestuurders op weg met data over vier thema’s: wateroverlast, hitte, overstromingen en droogte. Hoe werkt de atlas en waarvoor kun je hem gebruiken?
Als ambtenaar bij een gemeente kan je bijvoorbeeld controleren of een specifieke straat onder water komt te staan na een hevige regenbui. Iemand die werkt bij een provincie kan zien waar mogelijk sprake is van hittestress in de zomer.
“De KEA is veertien jaar geleden ontstaan vanuit een vraag van provincies”, vertelt Hasse Goosen van stichting Climate Adaptation Services (CAS), ontwikkelaar en beheerder van de KEA. “De provincies vroegen zich af wat klimaatverandering voor hun regio betekende. Voor het verzamelen van informatie over het klimaat moesten zij langs verschillende kennisinstellingen, zoals het KNMI, Deltares en Wageningen University & Research. Toen ontstond het idee voor één centraal loket waar iedereen informatie kan vinden over de gevolgen van klimaatverandering.”
Advies over gevolgen klimaatverandering
Stan Vergeer, beleidsontwikkelaar klimaatadaptatie bij de gemeente Kampen, gebruikt regelmatig de KEA. Hij geeft advies over de gevolgen van klimaatverandering. “De gemeente ontvangt elke week aanvragen, bijvoorbeeld van mensen die een huis willen bouwen of een schuur willen plaatsen. Ik beoordeel die aanvragen en geef advies over de klimaatrisico’s”, aldus Vergeer.
Een tijd geleden ontving Vergeer een aanvraag over het verwijderen van bomen op een bedrijventerrein. “Het bedrijf wilde een aantal bomen kappen en de oprit verbreden. De bomen hadden geen waarde en waren in slechte staat.” Toch raadde hij de kap af. “Ik heb de hittekaart in de KEA erbij gepakt. Daarop kon ik goed zien dat het bedrijventerrein erg warm wordt in de zomer. De bomen zorgen voor de nodige verkoeling tijdens een hitteperiode.” Vooralsnog is het advies niet bindend. “Later dit jaar stelt gemeente Kampen haar nieuwe beleid vast, onder ander over hitte. Dan kan ik een aanvraag zoals deze verbieden."

Knelpunten in beeld
Volgens Vergeer brengt de KEA handig in beeld wat de knelpunten zijn door de gevolgen van klimaatverandering. De gemeente Kampen selecteerde bijvoorbeeld gebieden die gevoelig zijn voor hittestress. “Op deze locaties maken we andere keuzes. Groen en bomen zijn hier nog belangrijker dan op andere locaties. Als je op deze plekken iets wil veranderen in de inrichting, moet je goed kijken wat de risico’s zijn voor hittestress.” Ook knelpunten op het gebied van overstromingsrisico, bodemdaling en wateroverlast kan je vaststellen met gegevens die in de KEA staan. “Je kan nagaan waar in jouw omgeving problemen kunnen ontstaan en op basis daarvan bepalen wat je eraan doet.”
Meer informatie over het gebruik van de KEA? Bekijk deze video.

Data gebruiken voor methodieken
De beschikbare data in de KEA kunnen ook handig zijn voor het ontwikkelen van methodieken en standaarden. Jan Kadijk werkt bij de stichting Dutch Green Building Council (DGBC). Deze landelijke maatschappelijke organisatie zet zich in voor het toekomstbestendig maken van de gebouwde omgeving. DGBC werkt aan een methodiek die klimaatrisico’s voor bestaande gebouwen in beeld brengt. Dat doet de stichting samen met ruim 30 partijen, zoals banken, beleggers, kennisinstituten en overheden. “Het inschatten van klimaatrisico’s op gebouwniveau gebeurde tot nu toe op veel verschillende manieren, waardoor de uitkomsten niet vergelijkbaar waren”, vertelt Kadijk. “Met deze gezamenlijk gedefinieerde methodiek krijgen gebouweigenaren inzicht in de klimaatrisico’s voor hun gebouw. Daarmee kunnen ze bepalen welke risico’s ze lopen en of er maatregelen nodig zijn.”
In de methodiek is aandacht voor kenmerken van het gebied en eigenschappen van het gebouw. Voor de gebiedskenmerken worden gegevens uit de KEA gebruikt, de gebouweigenschappen verzamelen eigenaren zelf. Alle gegevens samen geven een indicatie van de klimaatrisico’s voor een specifiek gebouw. Kadijk: “Een voorbeeld: volgens de gegevens in de KEA is in een stadscentrum sprake van hittestress in de zomer. Of de gebruikers van gebouwen ook echt problemen ondervinden door hittestress is sterk afhankelijk van de gebouweigenschappen. Heb je een dakoverstek, zonwering, een groen dak of bomen naast het pand? Dan heb je mogelijk minder last van hittestress.” Met de methodiek kunnen gebouweigenaren de gebieds- en gebouwkenmerken laten meewegen in het beoordelen van de klimaatrisico’s. De eerste versie van de methodiek verschijnt naar verwachting einde van dit jaar.