Foto Luchtfoto van de Lob van Gennep. Bron: Lob van Gennep
Decennialang bogen partijen zich over de complexiteit van de Lob van Gennep. Een dossier met vele, ogenschijnlijk, tegengestelde belangen. Na het MIRT-onderzoek en de verkenningsfase staan vooral de kansen voor het gebied op het netvlies. Kansen om de waterveiligheid te verbeteren, de waterstanden stroomafwaarts te verlagen en tegelijkertijd de gebiedskwaliteiten flink te versterken. Het project heeft een bijzondere weg afgelegd en is trots op het voorkeursalternatief, dat samen met de omgeving tot stand is gekomen.
Verbinden van doelen
In het Noord-Limburgse gebied tussen Gennep en Mook herbergt het projectgebied Lob van Gennep ongeveer 7.000 inwoners uit verschillende dorpen, en veel agrarische bedrijven tussen de dorpskernen. Het is een gebied met vele landelijke en cultuurhistorische kwaliteiten, maar ook met de overgang van de Maasvallei naar de Bedijkte Maas. Het gebied wordt door dijken en hoge gronden beschermd tegen hoogwater vanuit de Maas.
Het project Lob van Gennep heeft drie doelen: het verbeteren van de hoogwaterbescherming van het gebied, het verbeteren van de waterbergende werking, en zo zorgen voor waterstandsverlaging stroomafwaarts, en het versterken van de ruimtelijke kwaliteit in het gebied. Door deze doelen te verbinden, ontstaat er synergie en ruimte voor oplossingen die meerdere belangen dienen. Projectdirecteur Bart van Bussel: “Werkzaamheden voor hoogwaterbescherming gaan in het project Lob van Gennep hand in hand met de versterking van de economie, leefbaarheid en identiteit van het gebied.”
Van tumultueuze start naar maatwerkoplossing
Bij de start van het project zorgde met name het tweede doel, het verbeteren van de waterbergende werking, voor onrust in het gebied. Er ontstond veel weerstand tegen een alternatief, waarbij er een waterkerende instroomvoorziening in de dijk zou worden gemaakt die bij extreem hoogwater kon worden geopend. Het project was gedurende de zomer van 2019 veelbesproken en onderwerp van negatieve publiciteit.
Wat volgde was een intensief traject met de omgeving via omgevingswerkgroepen, werkateliers, spreekuren en keukentafelgesprekken. Alternatieven werden getoetst aan een vooraf opgesteld beoordelingskader. Daarnaast werd gekeken welke ideeën er in de omgeving leven om het gebied mooier te maken.

Naar verwachting neemt de minister van Infrastructuur en Waterstaat binnenkort de voorkeursbeslissing, met daarin opgenomen het alternatief Reguliere Dijken. Bij dit alternatief worden de dijken verhoogd en versterkt volgens de wettelijke waterveiligheidsnorm. Tegelijkertijd worden maatregelen genomen om het gebied nog aantrekkelijker en mooier te maken en de gebruikswaarde te vergroten.
Jos Teeuwen, lid dagelijks bestuur Waterschap Limburg: 'Het project kende een tumultueuze start. Daar hebben we lessen uit getrokken: we namen de tijd voor het gesprek met mensen uit het gebied. Om met hen de waterveiligheids- en de ruimtelijke opgave te onderzoeken, samen te zoeken naar passende oplossingen en tot een integraal ontwerp te komen. En dat goede gesprek wierp zijn vruchten af. Ik ben zonder meer trots op het traject dat we samen hebben afgelegd. En hoop dat het project in de planuitwerkingsfase met hetzelfde elan verder kan gaan.'
Vervolg
De planuitwerkingsfase start in 2022. Naar verwachting gaat in 2024 de schop in de grond.
Kansen verzilveren
Harm Weijers (52) is als agrariër nauw betrokken bij de plannen voor dijkversterking bij Ven-Zelderheide. Tegen de Duitse grens aan staat het familiebedrijf van Harm en zijn vrouw Susanne. Toen het overleg tussen omgeving en waterschap van start ging, werd Harm lid van de omgevingswerkgroep Ottersum-Ven-Zelderheide. Hij sloot ook aan bij de werkgroep Agrariërs. 'Ik ben altijd enigszins wantrouwend: wat wordt er nu écht gedaan met onze mening? Tijdens dit traject heb ik het idee dat er beter geluisterd wordt dan bij projecten in het verleden. Er ligt nu een voorstel waar draagvlak voor is, al kun je nooit iedereen blij maken. Ik hoop dat het waterschap nog gaat kijken naar mogelijkheden om toeristische voorzieningen aan te leggen. Er liggen volop kansen om fietsen en wandelen hier nog aantrekkelijker te maken.'

Verbinding tussen dorp en Niersdal herstellen
Een voorbeeld van de wijze waarop de drie doelen voor de Lob van Gennep met elkaar verbonden worden, is in het Niersdal bij het dorp Ottersum. Door bestaande keringen is het dorp als het ware afgesloten van het prachtige Niersdal. Bovendien vormt het dal zelf op dit moment geen vanzelfsprekend geheel. Dit vanwege de aanwezigheid van enkele bijzondere locaties, zoals de velden van voetbalvereniging Achates en een deel van een voormalige betonfabriek. Het project onderzoekt samen met Achates en de gemeente Gennep of de velden verplaatst kunnen worden. Op die manier ontstaat er ruimte voor een groene dijk, uiterwaardverlaging en natuurontwikkeling.
Het is niet voor het eerst dat er over verplaatsing wordt gesproken. In 1974 kwam het voor het eerst ter sprake, onder andere omdat de velden toen regelmatig vol water liepen. 'Willen we ooit verhuizen, dan is dit het moment', zegt Marie-Louise Mans, voorzitter van voetbalvereniging Achates. 'Als we blijven, dan past het waterschap de dijkversterking rond de club in. De kans om te verhuizen doet zich dan waarschijnlijk de komende dertig tot vijftig jaar niet meer voor. Daarom zijn we blij met dit onderzoek, want die brengt onze opties in beeld.'
