Foto Luchtfoto van de Houtribdijk. Bron: Gerhard van Loon
Veel maatregelen voor waterbeheer leiden tot dilemma’s. Het IJsselmeergebied is daar een schoolvoorbeeld van. Het gebied laat zien dat er heel veel belangen spelen en dat goede afwegingen nodig zijn, om het ook op langere termijn duurzaam, veilig en leefbaar te houden. Peter Roeters van het Deltaprogramma schijnt zijn licht op de situatie rondom het IJsselmeer.
‘Het IJsselmeergebied is een bijzonder gebied, uniek zelfs. Naast cultuurhistorische- en natuurwaarden, zie je er economische ontwikkeling en toenemende verstedelijking. Er gebeurt van alles. Maar niet alles kan. Tot 2050 is voor 140 miljard euro aan investeringen voorzien in het IJsselmeergebied. Voor infrastructuur, woningbouw, energietransitie, klimaatadaptie en natuur. Die zullen een grote ruimtelijke impact zullen hebben, met gevolgen voor de zoetwatervoorraad en de waterveiligheid. Bestuurlijke afspraken over waterveiligheid en zoetwatervoorziening komen daardoor onder druk te staan en zullen we samen moeten bijstellen.'
IJsselmeer als zoetwaterbuffer
'De zoetwaterbuffer van het IJsselmeergebied is van nationaal belang. Alles boven de lijn Amsterdam – Amersfoort – Zwolle – Stadskanaal is afhankelijk van die buffer. Voor zoetwater streven we, via een stapsgewijze aanpak, naar evenwicht tussen zoetwateraanbod en de vraag naar zoetwater. Het flexibel peilbeheer van 4 jaar geleden was de eerste stap. De tweede stap gaat over water vasthouden in het regionale watersysteem en over besparing en hergebruik. Als het klimaat snel verandert en de vraag naar water verder toeneemt, komt de volgende stap in beeld: vergroten van de buffervoorraad.'

'Sinds een jaar weten we dat het wateraanbod minder zeker is dan we dachten, en dat de vraag gaat toenemen. En ook dat het klimaat sneller verandert. De kans op een watertekort tegen het jaar 2050 is stukken groter geworden. Daardoor komt die stap van vergroten van de buffervoorraad ineens sneller in beeld. De bandbreedte van het flexibel peil kan dan van 20 naar 50 cm worden opgehoogd. Terwijl we eerder dachten dat het pas ver ná 2050 nodig zou zijn.
Het waterbeleid kent al een reservering voor maximaal 30 cm verhoging van het winterpeil. Als het goed is hebben provincies, gemeenten en waterschappen dit ook vastgelegd in hun plannen. In 2014 werd daarbij ook vastgelegd dat initiatiefnemers voor buitendijkse ontwikkelingen zelf verantwoordelijk zijn voor eventuele schade door peilverhoging.'
Duurzaam ruimtegebruik
'Als we verder nog vooruit kijken, richting 2100 en zelfs verder gaan klimaatverandering en zeespiegelstijging gevolgen hebben, onder andere voor die verhoging van het winterpeil. Dat betekent iets voor de ruimtelijke inrichting in het hier en nu. Duurzaam ruimtegebruik vraagt om die blik ver vooruit. Een besluit nu om iets buitendijks te bouwen of om eilanden voor natuur en woningbouw aan te leggen, gaat op termijn botsen met de veranderende klimaatomstandigheden. Gemeenten en de provincie wegen die lange termijn gevolgen niet altijd mee.
Na de zomer start de zogenaamde Ruimtelijke Verkenning voor het IJsselmeergebied. Overheden en stakeholders gaan samen naar de toekomst kijken. Om inzicht te krijgen in de opgaven en ontwikkelingen en daarmee handvatten creëren voor het maken van gezamenlijke afwegingen. Want alleen samen kunnen we dit bijzondere en unieke gebied behouden!’