Het Nationaal Deltacongres vond dit jaar plaats in Goes, midden in de Zuidwestelijke Delta. Voor het eerst organiseerde de regio de middag voorafgaand aan het Deltacongres vier excursies. En met succes! Met zo’n veertig deelnemers per excursie werd kennis gemaakt met dit gevarieerde en waterrijke gebied. De deelnemers bezochten Schouwen-Duiveland, het Zoommeer, de Westerschelde en het Hollandsch Diep en Haringvliet. De reacties waren heel positief. Een verslag over de opgaven, successen en uitdagingen binnen de Zuidwestelijke Delta.

Wonen en werken met water op Schouwen-Duiveland
Langs de oever van de Oosterschelde, op het eiland Schouwen-Duiveland, zagen de excursiedeelnemers hoe er in de Zuidwestelijke Delta voortdurend wordt gewerkt aan bescherming tegen hoogwater. Ria Geluk is medeoprichter van het Watersnoodmuseum in Ouwerkerk en overleefde de watersnoodramp in 1953. Tijdens de bustocht vertelde zij over de gevaren en kansen van het leven en werken met water, wat in het landschap zo goed zichtbaar is. Zoals het doorlaatmiddel in de Zandkreekdam voor een goede waterkwaliteit van het Veerse Meer, het Monument voor de Verdronken Dorpen, de aquacultuurbedrijven, de vijf kilometer lange Zeelandbrug, de palen van de mosselzaad-invanginstallaties in het water, de windmolens langs de dijk en de Vierbannenpolder met de nieuwgebouwde boerderijen na de ramp van 1953.

Het Watersnoodmuseum in Ouwerkerk was de eerste stop. Het museum is gevestigd in vier markante betonnen kolossen, de Phoenix-caissons, die in november 1953 het dijkgat bij Ouwerkerk sloten. De rondleiding, met verhalen over mensen, gaf een indrukwekkend beeld van de gevolgen van de watersnoodramp. Met het recente initiatief ‘Overstroom ik?’ besteden Rijkswaterstaat en het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat aandacht aan de bewustwording van hedendaagse waterveiligheid.

Zandsuppletie en de Oosterscheldekering
In het prachtige herfstlicht genoten de deelnemers van de vergezichten op het water van de Oosterschelde en het land van Plan Tureluur: een voormalig laaggelegen landbouwgebied dat is ontwikkeld tot een rijk natuurgebied. Met zicht vanaf de dijk lichtte Eric van Zanten, projectleider bij Rijkswaterstaat, de uitvoering van de forse zandsuppletie op de Roggenplaat toe. Door de aanleg van de Deltawerken kennen de zandplaten geen natuurlijke opbouw meer. De natuur wordt een handje geholpen door de intergetijdeplaat met tientallen centimeters op te hogen met 1,3 miljoen kuub zand, een belangrijke maatregel voor kustvogels, die hier hun eten vinden en zeehonden, die op de plaat rusten.

Het dak van het ir. J.W. Topshuis geeft een mooi uitzicht op het icoon van de Deltawerken: de Oosterscheldekering. Deze deels open stormvloedkering, een technisch hoogstandje uit de jaren zeventig en tachtig, beschermt de Zeeuwen tot op de dag van vandaag. Maar bij welke zeespiegelstijging is versterking van de kering nodig? Zal deze in de toekomst vaker sluiten? Welke effecten zijn te verwachten op de economie en natuur van de Oosterschelde? Leo Adriaanse gaf in zijn presentatie inzicht in de toekomstige uitdagingen voor de Oosterschelde. Ook al kunnen we met de huidige strategie tot 2050 vooruit, het is noodzakelijk om nu al aan de slag te gaan voor de periode erna.

Op het Zoommeer, de drukstbevaren binnenvaartroute van Europa Tijdens de excursie met de ‘Merijntje Gijzen’, een voormalige rondvaartboot, stonden verleden, het heden en de toekomst van het gebied centraal. Het Zoommeer is ontstaan uit de Deltawerken en is tegenwoordig onderdeel van het watersysteem van het Volkerak-Zoommeer. Het Zoommeer is de meest drukbevaren binnenvaartroute van Europa. Toen de Oosterschelde halfopen werd, startte de bouw van de Oesterdam. Sinds 1986 scheidt deze dam Bergen op Zoom en het Zoommeer van de Oosterschelde.

Onzichtbare en vergeten geschiedenis in beeld
De afgelopen eeuwen was de delta continu in beweging. De zee nam meer dan tweehonderd dorpen en stadjes terug. De verdronken stad Reimerswaal is er daar een van. Het programma Geopark Schelde Delta werkt aan het verkrijgen van een UNESCO-status, en zal de komende jaren de geschiedenis van deze en andere verdronken plaatsen vertellen. Nathalie de Visser, archeologe bij provincie Zeeland: ‘Via Virtual Reality brengen we de onzichtbare en vergeten geschiedenis in beeld. Een belangrijk thema daarbij is het omgaan met klimaatveranderingen. Dat loopt als een rode draad door dit gebied. We kunnen daarvan veel leren voor de toekomst.’

‘Omgaan met klimaatveranderingen. Dat loopt als een rode draad door dit gebied'

Een actuele uitdaging in Bergen op Zoom is het leefbaar én beleefbaar maken van de Bergse Binnenschelde, aan de rand van de stad. De problemen rond de waterkwaliteit van het Volkerak-Zoommeer zijn weliswaar niet meer zo prominent als tien à vijftien jaar geleden, in de Binnenschelde is de problematiek nog net zo urgent. Wethouder Patrick van der Velden van Bergen op Zoom: ‘Voor de problemen in de Bergse Binnenschelde zijn we op zoek naar tijdelijke oplossingen, met een kortdurend effect. We blijven hopen dat er op termijn een structurele oplossing voor het Volkerak-Zoommeer komt.’

Op de grens tussen zoet en zout
Tegelijkertijd werken eigenaren van jachthavens aan het Volkerak-Zoommeer samen om het gebied interessanter te maken voor watersportrecreanten. Het gebied is voor veel watersporters een doorgangsgebied tussen de kustwateren en de grote Nederlandse rivieren en binnenmeren, en heeft veel te bieden op het gebied van water, natuur en cultureel erfgoed, legde Silvia Bal uit, voorzitter van initiatiefgroep Waterpoort. ‘We ondersteunen initiatieven met kennis, aandacht en ons netwerk via de Waterpoort Academy. Ook hebben we inmiddels meer dan honderd Waterpoort-ambassadeurs opgeleid.’

Het start- en eindpunt van de boottocht, Resort Waterrijk Oesterdam, liet zien dat met lef en doorzettingsvermogen veel mogelijk is. In circa twaalf jaar tijd ontwikkelde Waterrijk Oesterdam zich van uitvalsbasis voor outdoor activiteiten, tot het huidige resort dat een visitekaartje vormt voor het gehele Zuidwestelijke Deltagebied. Eigenaar Mike Verweij vertelde vol enthousiasme over de ontwikkeling van zijn onderneming, op de grens tussen zoet en zout water.

Gebiedsontwikkeling rond de Westerschelde De busrit vanaf het NS-station in Bergen op Zoom liet in korte tijd de veelzijdigheid van het (Zeeuws-)Vlaamse landschap zien. Langs de Antwerpse havendokken met de imposante kranen en koeltorens van de kerncentrale van Doel op de achtergrond, door het spookdorpje Doel en over polderwegen richting het Verdronken Land van Saeftinghe. Eenmaal aangekomen in de infokeet van Grenspark Groot-Saeftinghe, gaven Richard Rozemeijer (projectleider namens provincie Zeeland) en Pieter Jan Meire (coördinator van het Interregproject Groot Saeftinghe) een toelichting op de totstandkoming van het park. De kwesties rond de ontpoldering van de Hedwigepolder zijn bij deelnemers tot in de noordelijke provincies bekend.

Streekholders
De grootste uitdaging tijdens de ontwikkeling van het grenspark zit in het ombuigen van de maatschappelijke teneur om van protest naar ontwikkeling te kunnen gaan. De aanpak van het grenspark is daarom niet bottom-up en ook niet top-down, maar dwars door het midden met een horizontale aanpak, aldus Rozemeijer. De drie-eenheid van landbouw, natuur en haven, de identiteit van het gebied, vormt daarbij de basis. Het project spreekt liever van ‘streekholders’ dan van stakeholders. Een dergelijke aanpak kost weliswaar tijd, maar ‘If you want to go fast, go slow’. Het verwonderde enkele deelnemers uit Noord-Brabant dat het thema water, zowel zoet als zout, niet als verbindend element wordt omarmd. Het antwoord bleek eenvoudig: het leven met het water in dit gebied is zó vanzelfsprekend, dat het daarom niet expliciet wordt benoemd.

‘Niet bottom-up en ook niet top-down, maar dwars door het midden met een horizontale aanpak’

Op weg naar het tweede deel van de excursie kregen de deelnemers vanuit de bus goed zicht op de unieke identiteit van het gebied: aan de Westerschelde, dichtbij de havenontwikkeling van Antwerpen en grenzend aan landbouwgebied. De rit werd geïllustreerd met een toelichting op het herstel van de estuariene natuur in dit gebied en het scherm dat zout kwel naar de omliggende landbouwgebieden tegenhoudt.

De Big Four en ‘Kwalitijd’
De middag eindigde bij het Portaal van Vlaanderen, het informatiecentrum van het sluizencomplex van Terneuzen. De Nieuwe Sluis Terneuzen behoort straks tot de grootste sluizen ter wereld, samen de Panamasluizen, de zeesluis in IJmuiden en de Kieldrechtsluis in Antwerpen. Met deze excursie konden de deelnemers al twee van deze ‘Big Four’ afvinken. Harm Verbeek, omgevingsmanager Nieuwe Sluis Terneuzen, vertelde dat tijdens de bouw rekening wordt gehouden met de vier hoofdfuncties van het sluizencomplex: het keren van hoog water, het afvoeren (spuien) van water, het laten passeren van scheepvaart en het laten passeren van wegverkeer.

Omdat de Westerschelde in open verbinding staat met de Noordzee, wordt de Nieuwe Sluis Terneuzen ook een primaire kering. Het sluisplateau van de Nieuwe Sluis ligt straks op negen meter NAP. Dat is twee meter hoger dan de sluisplateaus van oudere sluizen uit jaren zestig. Projectdirecteur Eric Marteijn noemt het sluizencomplex daarom ook wel het ‘Six Flags’ van Terneuzen. Bij het uitkijkpunt, dat een indrukwekkende blik gaf op de schaal van het project, vertelde hij meer over de samenwerking met Vlaanderen in het project Nieuwe Sluis. Vlaanderen draagt tachtig procent van de totale kosten van bijna een miljard euro aan een project dat volledig op Nederlands grondgebied ligt. Het uitgangspunt in de samenwerking is dat de bouw nooit wordt stilgelegd vanwege bestuurlijke geschillen. Kwaliteit wordt hier dan ook met lange ij en een d geschreven: kwalitijd.

Dynamische Haringvliet Hollands Diep
Kan het deltaprogramma bijdragen aan een economisch en ecologisch vitale regio? Met die vraag vertrok een groep van zo’n veertig personen onder leiding van het Wereld Natuur Fonds naar het Haringvliet.

Zes natuurorganisaties (ARK Natuurontwikkeling, Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer, Sportvisserij Nederland, Vogelbescherming Nederland en het Wereld Natuur Fonds) werkten de afgelopen jaren aan een project waar met steun van de Nationale Postcode Loterij fors is geïnvesteerd in de natuur, natuurbeleving en recreatieve voorzieningen van dit gebied. Investeren in de natuur zorgt voor een toename van de recreatieve benutting waardoor ook de lokale economie, het voorzieningenniveau en de leefbaarheid een stimulans krijgt. En zo groeit het draagvlak onder bewoners, ondernemers en bestuurders om het Haringvliet verder ecologisch te herstellen tot een dynamisch Haringvliet.

Oprichting NLDelta
Provincie Zuid-Holland omarmde en ondersteunde deze aanpak meteen door middel van de landschapstafel Haringvliet. Edith van Dam, beleidsadviseur van provincie Zuid-Holland lichtte dit toe: ‘Als uitvloeisel van dit Haringvlietproject zitten we nu gezamenlijk in een traject naar de oprichting van een nationaal park van wereldklasse: NLDelta. Dat werpt duidelijk haar vruchten af voor de regio.’ Het op een kier zetten van de Haringvlietsluizen vorig jaar speelt hierbij een belangrijke rol. Hiermee is een stap gezet in het natuurherstel van deltavissoorten zoals zalm en steur en de vele soorten trekvogels die erg onder druk staan. Dat de aanpak succesvol is, bewijst een recent verschenen studie van de Vrije Universiteit Amsterdam. Er zijn significante, positieve effecten op de lokale economie en er is draagvlak onder bewoners en bezoekers, ook voor verdere natuurontwikkeling.

Hier ontstaat een nationaal park van wereldklasse’

Een van de projecten die deelnemers aan de excursie bezochten, is de gebiedsontwikkeling Leenheerenpolder: een plan voor natuurontwikkeling, woningbouw, recreatie en het behoud van vitaliteit voor de kern Goudswaard, een dorp op de uiterste westpunt van de Hoeksche Waard. Hier wordt succesvol de link gelegd tussen natuur en lokale sociaaleconomische thema’s. Aan de overkant van het Haringvliet is Noordrand Goeree-Overflakkee een vergelijkbare gebiedsontwikkeling. Deze samenwerking tussen provincie Zuid-Holland, Natuurmonumenten en Wereld Natuur Fonds combineert natuurontwikkeling, recreatie, wonen in de natuur, windenergie en agrarische structuurversterking in één gebiedsontwikkeling. En werd zelfs winnaar van de eerste Stichting Kennis Gebiedsontwikkeling Award 2019 voor duurzame gebiedsontwikkeling.

Ruimtelijke kwaliteit voor mens en natuur
Beide projecten hebben met elkaar gemeen dat ze op de land- en waterovergang liggen van het Haringvliet. ‘Logisch, want dit is de plek waar we relevante natuurwaarden moeten herstellen en waar mensen graag wonen en recreëren’, gaf Bas Roels van het WWF aan. Hij gaf de relatie met het Deltaprogramma aan. ‘Wat ons betreft een simpel recept: als de dijken moeten worden aangepakt, neem dan meteen de ruimtelijke kwaliteit mee, voor natuur en mens. Dat gebeurt niet altijd standaard. Dus daarom steken wij de handen uit de mouwen en helpen we voorbeeldprojecten tot stand te brengen.’
Met de recent gestarte Programmatische Aanpak Grote Wateren (PAGW) sprak de Rijksoverheid de ambitie uit om het ecologisch herstel in de grote wateren te versnellen, in samenhang met de economie.

Vanuit het Gebiedsoverleg Zuidwestelijke Delta geven nationale en regionale overheden, maatschappelijke organisaties en kenniscommunities samen invulling aan zowel een veilige delta als een ecologisch gezond watersysteem. Samen vormen zij de basis voor een vitale ontwikkeling van het gebied.

Terugblik Deltacongres 2019 in Goes
De vier bovenbeschreven excursies maakten deel uit van het jaarlijkse Nationaal Deltacongres, dat op 14 november 2019 is gehouden. Voor een terugblik op het congres zelf verwijzen we graag naar:

het Verslag Deltacongres 2019